De voorloper van Omega werd in 1848 opgericht in La Chaux-de-Fonds, Zwitserland door de 23-jarige Louis Brandt, die precisiehorloges met opwindtechniek vervaardigde van onderdelen die werden geleverd door plaatselijke vaklieden. Na de dood van Louis Brandt in 1879, lieten zijn twee zoons Louis-Paul en César vanwege onregelmatige leveringen van dubieuze kwaliteit het werkplaatssysteem voor wat het was, ten gunste van eigen fabricage met volledige productiecontrole. Doordat in Biel het aanbod van werkkrachten, communicatie en energie groter was, verhuisde de firma daar in 1880 naartoe. Twee jaar later verhuisde de fabriek naar de wijk Gurzelen in Biel, waar het hoofdkantoor ook nu nog staat. De eerste in serie geproduceerde kalibers Labrador en Gurzelen, evenals het beroemde Omegakaliber van 1894, zouden het succes van het merk verzegelen.
Louis-Paul en César Brandt stierven allebei in 1903, waarbij ze een van Zwitserlands grootste horlogefabrieken, met een productie van 240.000 horloges per jaar en 800 man personeel in de handen van vier jonge mensen lieten. De oudste, Paul-Emile Brandt, was nog geen 24. Paul-Emile was de grote architect en drijfveer van het merk Omega. De economische problemen die waren veroorzaakt door de Eerste Wereldoorlog zouden hem ertoe brengen zich actief in te zetten voor de samenwerking tussen Omega en Tissot, en tot hun fusie in 1930 binnen de SSIH-groep. Onder zijn leiding, en vanaf 1955 onder die van Joseph Reiser, bleef de SSIH-groep groeien en uitbreiden, waarbij zo’n vijftig bedrijven werden opgenomen of gecreëerd. Eind jaren zestig was SSIH de belangrijkste Zwitserse producent van complete horloges.
Verzwakt door de kwarts- en geldcrisis en de recessie van 1975 tot 1980, moest SSIH in 1981 door de bank gered worden. In die periode toonde Seiko belangstelling voor Omega, maar de gesprekken liepen spaak. De andere horlogegigant van Zwitserland, de ‘Allgemeine Schweizerische Uhrenindustrie AG’ (ASUAG), de belangrijkste fabrikant van binnenwerken en eigenaar van Longines en Rado, werd een jaar later op dezelfde manier gered. Na een drastische financiële schoonmaak en herstructurering gingen de twee vanaf 1983 samen verder als de ASUAG-SSIH. In 1985 werd het bedrijf overgenomen door een groep privé-investeerders onder leiding van Nicolas Hayek. De nieuwe groep, die het bedrijf onmiddellijk omdoopten tot SMH, ‘Société suisse de Microélectronique et d’Horlogerie’, zorgde voor rappe groei en succes en is tegenwoordig de leidende horlogeproducent ter wereld. In 1998 werd de naam veranderd in de Swatch Group. Omega is nog altijd een van de meest prestigieuze merken van deze groep.
In 1999 schreef Omega geschiedenis met de introductie van het eerste massageproduceerde horloge met een coaxiaal echappement; uitgevonden door de Engelse horlogemaker George Daniels. Het coaxiale echappement wordt beschouwd als een van de belangrijkste ontwikkelingen op horlogegebied sinds de uitvinding van het hefboomechappement en vereist vrijwel geen smering, waarmee een van de tekortkomingen van het traditionele hefboomechappement wordt weggenomen. Doordat gebruik wordt gemaakt van radiale wrijving in plaats van slipwrijving kent het coaxiale echappement aanzienlijk minder wrijving, wat in theorie moet leiden tot een afname van het aantal onderhoudsbeurten en grotere nauwkeurigheid. In 2007 onthulde Omega de nieuwe kalibers 8500 en 8501, twee coaxiale uurwerken die van begin tot eind volledig door Omega zijn ontwikkeld.
http://www.omegawatches.com/